Schakel JavaScript in om de bestand uploader te gebruiken.
Nu veel coronaregels zijn komen te vervallen, lopen de steden, wegen en kantoren weer langzaam vol. Hybride werken - thuis en op kantoor - als grootste veranderpunt ten spijt, het lijkt na de derde golf toch weer business as usual te worden. Ware het niet dat de uitdagingen van het Klimaatakkoord en de stikstofcrisis niet genegeerd mogen worden.
Helaas lijkt een meerderheid van de Tweede Kamer nog steeds niet te beseffen dat de enorme uitdagingen rond dichtslibbende steden en CO2-uitstoot een stuk urgenter zijn en om veel meer ambitie vragen dan tot nu toe getoond. Onze grote maatschappelijke opgaven voor de toekomst worden niet opgelost met een spitsheffing, elektrische scooters of een fietsbonus.
Het gaat erom dat we duurzaamheid en leefbaarheid leidend laten zijn in onze beslissingen. We moeten daarvoor onze mobiliteitsbehoefte voor niet-duurzaam vervoer omlaag brengen. De uitdaging is om zowel de steden als het buitengebied voor iedereen bereikbaar, leefbaar en betaalbaar te houden. Dat vereist een integrale aanpak.
Meer mensen in de trein (of op de fiets) zetten alleen is niet waar het om gaat. Ambitieuzere oplossingen die nu al voorhanden zijn, zoals mobiliteitshubs met deelauto’s en deelfietsen bij woonkernen of mobiliteitsabonnementen zouden veel meer prioriteit moeten krijgen.
Een ander belangrijk speerpunt is aandacht voor (her)ontwerp van de omgeving. Om in de toekomst stedelijk gebied aantrekkelijk te houden voor wonen, werken en recreëren is het essentieel naar het ontwerp van (kantoor)gebouwen en steden te kijken. Functies moeten anders worden ingevuld, van kantoor- tot straat- en stadsniveau.
Gemengd gebruik van de omgeving wordt daarbij steeds belangrijker, met alle voorzieningen in de buurt binnen een beloop- of befietsbare straal. Variërend van co-working spaces, sportfaciliteiten en eet- en drinkvoorzieningen in de buurt, met mobiliteitshubs aan de stadsranden. Kijk bijvoorbeeld naar steden als Barcelona, Parijs en Stockholm die het goede voorbeeld geven.
Uiteraard blijven onze wegennetwerken cruciaal voor sociale mobiliteit en economische welvaart. Maar ze staan nu ernstig onder druk. De afgelopen tien jaar zijn er meer dan een miljoen auto’s bij gekomen en dat aantal zal met onze groeiende bevolking en meer mobiele activiteit, alleen maar toenemen. Een herziening van transportconsumptie en mobiliteitsprijzen is daarom noodzakelijk.
Een groeiend inzicht onder politici en beleidsmakers dat het anders moet en kan, plus technologische innovaties scheppen kansen voor een nieuwe benadering van mobiliteit: eerlijker en duurzamer. Betalen naar gebruik of de kilometerheffing op vrachtverkeer zouden een goed begin kunnen zijn, zeker als de opbrengsten ook worden gebruikt voor verdere verduurzaming.
Met behulp van het zogeheten Mobiliteit as a Service (MaaS) bijvoorbeeld kunnen gebruikers via apps meerdere mobiliteitsdiensten slim plannen, boeken en betalen. Zorg daarnaast voor steden waarin alle essentiële functies voor wonen, leven en werken nabij zijn: dat maakt de urgentie tot reizen ook een stuk minder groot. We gaan dan nog meer nadenken óf we wel moeten reizen en zo ja, wanneer.
Deze aanpak biedt een toekomstbestendige oplossing voor dichtslibbende wegen en steden. We zijn daar nog lang niet, maar de tijd begint steeds meer te dringen. Laat de politiek daarom liever vandaag dan morgen intensiever inzetten op meer Mobility as a Service (MaaS) en minder ‘asfalt as a service’ en maak daarbij gelijktijdig ruim baan voor de herontwikkeling en -inrichting van onze werk- en leefgebieden. Alleen dan bied je voor de urgente problemen van de 21e eeuw ook echte oplossingen van de 21e eeuw.
Bron: Trouw/ Laurens Tait